keyboard_tab EIDAS 2014/0910 NL
BG CS DA DE EL EN ES ET FI FR GA HR HU IT LV LT MT NL PL PT RO SK SL SV print pdf
- 1 Artikel 6 Wederzijdse erkenning
- 1 Artikel 13 Aansprakelijkheid en bewijslast
- 1 Artikel 36 Eisen voor geavanceerde elektronische zegels
HOOFDSTUK I
ALGEMENE BEPALINGEN
HOOFDSTUK II
ELEKTRONISCHE IDENTIFICATIE
HOOFDSTUK III
VERTROUWENSDIENSTEN
AFDELING 1
Algemene bepalingen
AFDELING 2
Toezicht
AFDELING 3
Vertrouwensdiensten
AFDELING 4
Elektronische handtekeningen
AFDELING 5
Elektronische zegels
AFDELING 6
Elektronisch tijdstempel
AFDELING 7
Diensten voor elektronisch aangetekende bezorging
AFDELING 8
Authenticatie van websites
HOOFDSTUK IV
ELEKTRONISCHE DOCUMENTEN
HOOFDSTUK V
BEVOEGDHEIDSDELEGATIES EN UITVOERINGSBEPALINGEN
HOOFDSTUK VI
SLOTBEPALINGEN
- voor 12
- elektronisch 7
- vertrouwensdiensten 7
- betrouwbaarheidsniveau 6
- elektronische 6
- identificatiemiddel 6
- door 6
- artikel 5
- eerste 5
- worden 5
- verlener 4
- heeft 4
- zijn 4
- schade 4
- openbare 4
- gekwalificeerde 4
- lidstaat 4
- grond 4
- zegel 4
- beperkingen 3
- alinea 3
- gegevens 3
- commissie 3
- lijst 3
- identificatie 3
- gebruikmaking 3
- verleners 3
- aanmaker 3
- hoog 3
- zegels 3
- opzet 3
- uitgegeven 3
- nalatigheid 3
- instantie 3
- deze 2
- instanties 2
- aanmaken 2
- diensten 2
- onder 2
- niet 2
- aansprakelijkheid 2
- substantieel 2
- wijze 2
- bewijslast 2
- verbonden 2
- bedoelde 2
- persoon 2
- rechtspersoon 2
- natuurlijke 2
- aansprakelijk 2
Artikel 6
Wederzijdse erkenning
1. Wanneer een elektronische identificatie met gebruikmaking van een elektronisch identificatiemiddel en authenticatie vereist is op grond van nationaal recht of door gangbare bestuursrechtelijke praktijk om toegang te krijgen tot een onlinedienst aangeboden door een openbare instantie in een lidstaat, moet het elektronisch identificatiemiddel dat uitgegeven is in een andere lidstaat worden erkend in de eerste lidstaat ten behoeve van de grensoverschrijdende onlineauthenticatie van die dienst, mits aan de volgende voorwaarden is voldaan:
a) | het elektronisch identificatiemiddel is uitgegeven op grond van een stelsel voor elektronische identificatie dat is opgenomen in de lijst die de Commissie uit hoofde van artikel 9 heeft bekendgemaakt; |
b) | het betrouwbaarheidsniveau van het elektronisch identificatiemiddel is gelijk aan of hoger dan het betrouwbaarheidsniveau dat de bevoegde openbare instantie als voorwaarde stelt voor onlinetoegang tot die dienst in de eerste lidstaat, mits het betrouwbaarheidsniveau van dat elektronisch identificatiemiddel in overeenstemming is met het betrouwbaarheidsniveau substantieel of hoog; |
c) | de openbare instantie in kwestie gebruikt het betrouwbaarheidsniveau substantieel of hoog voor de toegang tot die onlinedienst. |
Die erkenning vindt plaats uiterlijk twaalf maanden nadat de Commissie de lijst als bedoeld in de eerste alinea, onder a), heeft bekendgemaakt.
2. Een elektronisch identificatiemiddel dat is uitgegeven op grond van een stelsel voor elektronische identificatie opgenomen in de lijst die op grond van artikel 9 door de Commissie is gepubliceerd en het betrouwbaarheidsniveau laag heeft, kan door openbare instanties worden erkend ten behoeve van de grensoverschrijdende authenticatie voor de onlinediensten die door die instanties worden geleverd.
Artikel 13
Aansprakelijkheid en bewijslast
1. Onverminderd lid 2 zijn verleners van vertrouwensdiensten aansprakelijk voor opzettelijk of uit onachtzaamheid toegebrachte schade aan een natuurlijke persoon of rechtspersoon die is te wijten aan een verzuim de verplichtingen uit hoofde van deze verordening na te leven.
De bewijslast voor het aantonen van opzet of nalatigheid van een niet gekwalificeerde verlener van vertrouwensdiensten ligt bij de natuurlijke persoon of de rechtspersoon die zich op de in de eerste alinea 1 bedoelde schade beroept.
De opzet of nalatigheid van een gekwalificeerde verlener van vertrouwensdiensten wordt vermoed tenzij die gekwalificeerde verlener van vertrouwensdiensten bewijst dat in de eerste alinea bedoelde schade is ontstaan zonder dat er sprake was van opzet of nalatigheid van die gekwalificeerde verlener van vertrouwensdiensten.
2. Indien verleners van vertrouwensdiensten hun klanten van te voren goed informeren over de beperkingen bij het gebruik van de aangeboden diensten en als deze beperkingen voor derden herkenbaar zijn, zijn verleners van vertrouwensdiensten niet aansprakelijk voor schade die ontstaat door gebruikmaking van diensten die de aangegeven beperkingen overschrijden.
3. De leden 1 en 2 worden toegepast volgens de nationale voorschriften inzake aansprakelijkheid.
Artikel 36
Eisen voor geavanceerde elektronische zegels
Een geavanceerd elektronisch zegel voldoet aan de volgende eisen:
a) | het is op unieke wijze aan de aanmaker van het zegel verbonden; |
b) | het maakt het mogelijk de aanmaker van het zegel te identificeren; |
c) | het komt tot stand met gebruikmaking van gegevens voor het aanmaken van elektronische zegels die de aanmaker van het zegel met een hoog vertrouwensniveau onder zijn controle kan gebruiken voor het aanmaken van elektronische zegels; |
d) | het is op zodanige wijze aan de gegevens waarop zij betrekking heeft verbonden, dat elke wijziging achteraf van de gegevens kan worden opgespoord. |
whereas