keyboard_tab Digital Service Act 2022/2065 NL
BG CS DA DE EL EN ES ET FI FR GA HR HU IT LV LT MT NL PL PT RO SK SL SV print pdf
- 1 Art. 70 Voorlopige maatregelen
- 1 Art. 77 Verjaringstermijn voor het opleggen van sancties
- 2 Art. 87 Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie
HOOFDSTUK I
ALGEMENE BEPALINGEN
HOOFDSTUK II
AANSPRAKELIJKHEID VAN AANBIEDERS VAN TUSSENHANDELDIENSTEN
HOOFDSTUK III
ZORGVULDIGHEIDSVERPLICHTINGEN VOOR EEN TRANSPARANTE EN VEILIGE ONLINEOMGEVING
AFDELING 1
Op alle aanbieders van tussenhandeldiensten toepasselijke bepalingen
AFDELING 2
Aanvullende bepalingen die gelden voor aanbieders van hostingdiensten, waaronder onlineplatforms
AFDELING 3
Aanvullende bepalingen die gelden voor aanbieders van onlineplatforms
AFDELING 4
Bijkomende bepalingen die gelden voor aanbieders van onlineplatforms die consumenten de mogelijkheid bieden overeenkomsten op afstand te sluiten met handelaren
AFDELING 5
Aanvullende verplichtingen voor aanbieders van zeer grote onlineplatforms en van zeer grote onlinezoekmachines om systeemrisico’s te beheersen
AFDELING 6
Andere bepalingen betreffende zorgvuldigheidsverplichtingen
HOOFDSTUK IV
UITVOERING, SAMENWERKING, SANCTIES EN HANDHAVING
AFDELING 1
Bevoegde autoriteiten en nationale digitaledienstencoördinatoren
AFDELING 2
Bevoegdheden, gecoördineerd onderzoek en consistentiemechanismen
AFDELING 3
Europese Raad voor digitale diensten
AFDELING 4
Toezicht, onderzoek, handhaving en monitoring met betrekking tot aanbieders van zeer grote onlineplatforms en van zeer grote onlinezoekmachines
AFDELING 5
Gemeenschappelijke voorschriften voor de uitvoering
AFDELING 6
Gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen
HOOFDSTUK V
SLOTBEPALINGEN
- commissie 13
- verjaringstermijn 10
- voor 10
- wordt 8
- termijn 7
- raad 7
- parlement 7
- besluit 7
- europees 7
- artikel 5
- door 5
- handeling 5
- de 5
- bevoegdheidsdelegatie 5
- gedelegeerde 5
- elke 4
- inbreuk 4
- en 4
- maanden 4
- verlengd 4
- krachtens 4
- gaat 3
- dwangsommen 3
- waarop 3
- jaar 3
- geldboeten 3
- oplegging 3
- procedure 3
- artikelen 3
- uiterlijk 3
- handelingen 3
- heeft 3
- lid 3
- indien 3
- over 3
- deze 3
- vijf 3
- drie 3
- gestuit 2
- voorlopige 2
- treedt 2
- kracht 2
- genoemde 2
- echter 2
- zijn 2
- digitaledienstencoördinator 2
- europese 2
- unie 2
- einde 2
- bevoegdheid 2
Artikel 70
Voorlopige maatregelen
1. In het kader van procedures die kunnen leiden tot de aanneming van een besluit van niet-naleving krachtens artikel 73, lid 1, kan de Commissie, indien er sprake is van urgentie vanwege het risico van ernstige schade voor de afnemers van de dienst, bij besluit voorlopige maatregelen gelasten tegen de betrokken aanbieder van het zeer grote onlineplatform of van de zeer grote onlinezoekmachine op basis van een eerste vaststelling van een inbreuk.
2. Een uit hoofde van lid 1 gegeven besluit is gedurende een bepaalde periode van toepassing en kan worden verlengd voor zover dit nodig en dienstig is.
Artikel 77
Verjaringstermijn voor het opleggen van sancties
1. Voor de bij de artikelen 74 en 76 aan de Commissie verleende bevoegdheden geldt een verjaringstermijn van vijf jaar.
2. De verjaringstermijn gaat in op de dag waarop de inbreuk is gepleegd. Bij voortdurende of voortgezette inbreuken gaat de verjaringstermijn echter pas in op de dag waarop de inbreuk is beëindigd.
3. De verjaringstermijn voor de oplegging van geldboeten of dwangsommen wordt gestuit door elke handeling van de Commissie of de digitaledienstencoördinator ten behoeve van het onderzoek of de procedure met betrekking tot de inbreuk. Handelingen die de verjaringstermijn stuiten, zijn met name:
a) | verzoeken om informatie door de Commissie of door een digitaledienstencoördinator; |
b) | inspectie; |
c) | de inleiding van een procedure door de Commissie krachtens artikel 66, lid 1. |
4. Na elke stuiting gaat een nieuwe verjaringstermijn in. De verjaring voor de oplegging van geldboeten of dwangsommen treedt echter uiterlijk in op de dag waarop een termijn gelijk aan tweemaal de verjaringstermijn is verstreken zonder dat de Commissie een geldboete of een dwangsom heeft opgelegd. Deze termijn wordt verlengd met de periode gedurende welke de verjaringstermijn krachtens lid 5 werd gestuit.
5. De verjaringstermijn voor de oplegging van geldboeten en dwangsommen wordt geschorst zolang over het besluit van de Commissie een procedure aanhangig is bij het Hof van Justitie van de Europese Unie.
Artikel 87
Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie
1. De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend onder de in dit artikel neergelegde voorwaarden.
2. De in de artikelen 24, 33, 37, 40 en 43 bedoelde bevoegdheidsdelegatie wordt aan de Commissie toegekend voor vijf jaar met ingang van 16 november 2022. De Commissie stelt uiterlijk negen maanden voor het einde van de termijn van vijf jaar een verslag op over de bevoegdheidsdelegatie. De bevoegdheidsdelegatie wordt stilzwijgend met termijnen van dezelfde duur verlengd, tenzij het Europees Parlement of de Raad zich uiterlijk drie maanden voor het einde van elke termijn tegen deze verlenging verzet.
3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in de artikelen 24, 33, 37, 40 en 43 bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het besluit laat de geldigheid van reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.
4. Vóór de vaststelling van een gedelegeerde handeling raadpleegt de Commissie de door elke lidstaat aangewezen deskundigen overeenkomstig de beginselen die zijn neergelegd in het Interinstitutioneel Akkoord van 13 april 2016 over beter wetgeven.
5. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, doet zij daarvan gelijktijdig kennisgeving aan het Europees Parlement en de Raad.
6. Een krachtens de artikelen 24, 33, 37, 40 en 43 vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van drie maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad voor het verstrijken van die termijn de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Op initiatief van het Europees Parlement of de Raad wordt deze termijn met drie maanden verlengd.
whereas