keyboard_tab Digital Market Act 2022/1925 NL
BG CS DA DE EL EN ES ET FI FR GA HR HU IT LV LT MT NL PL PT RO SK SL SV print pdf
- 2 Artikel 1 Onderwerp en toepassingsgebied
- 1 Artikel 25 Toezeggingen
HOOFDSTUK I
ONDERWERP, TOEPASSINGSGEBIED EN DEFINITIES
HOOFDSTUK II
POORTWACHTERS
HOOFDSTUK III
PRAKTIJKEN VAN POORTWACHTERS DIE DE BETWISTBAARHEID BEPERKEN OF ONEERLIJK ZIJN
HOOFDSTUK IV
MARKTONDERZOEK
HOOFDSTUK V
BEVOEGDHEDEN OP HET GEBIED VAN ONDERZOEK, HANDHAVING EN TOEZICHT
HOOFDSTUK VI
SLOTBEPALINGEN
- toezeggingen 14
- verordening 13
- artikel 11
- betrokken 11
- zijn 10
- poortwachter 9
- besluit 9
- verplichtingen 8
- door 8
- commissie 8
- niet 8
- voor 7
- poortwachters 6
- procedure 6
- nationale 6
- geen 6
- doet 5
- artikelen 5
- en 5
- toepassing 5
- deze 5
- worden 5
- ondernemingen 5
- deze 4
- indien 4
- berust 4
- verdere 4
- bindend 4
- gemaakt 4
- kernplatformdiensten 4
- uitvoeringshandeling 4
- heeft 4
- autoriteiten 3
- unie 3
- zich 3
- andere 3
- markten 3
- strijd 3
- gedefinieerd 3
- waarop 3
- lidstaten 3
- punt 3
- waarborgen 3
- betrekking 3
- hoofde 3
- afbreuk 3
- de 3
- vastgesteld 3
- eindgebruikers 2
- gedragingen 2
Artikel 25
Toezeggingen
1. Indien de betrokken poortwachter in de loop van de procedure uit hoofde van artikel 18 toezeggingen doet met betrekking tot de betrokken kernplatformdiensten om de naleving van de verplichtingen van de artikelen 5, 6 en 7 te waarborgen, kan de Commissie een uitvoeringshandeling vaststellen waarbij die toezeggingen bindend worden gemaakt voor die poortwachter en verklaren dat er geen verdere gronden voor optreden zijn. Die uitvoeringshandeling wordt volgens de in artikel 50, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure vastgesteld.
2. De Commissie kan, op verzoek of op eigen initiatief, bij besluit de betrokken procedure heropenen indien:
a) | er zich een materiële wijziging heeft voorgedaan in de feiten waarop het besluit berust; |
b) | de betrokken poortwachter in strijd met de door hem gedane toezeggingen handelt; |
c) | het besluit berust op onvolledige, onjuiste of misleidende informatie die door de partijen is verstrekt; |
d) | de toezeggingen niet doeltreffend zijn. |
3. Indien de Commissie van oordeel is dat de door de betrokken poortwachter ingediende toezeggingen niet kunnen garanderen dat de verplichtingen van de artikelen 5, 6 en 7 daadwerkelijk worden nageleefd, licht zij in het besluit tot afsluiting van de desbetreffende procedure toe waarom zij die toezeggingen niet bindend heeft gemaakt.
Artikel 1
Onderwerp en toepassingsgebied
1. Het doel van deze verordening is bij te dragen aan een goed functionerende interne markt door geharmoniseerde regels vast te stellen die in de gehele Unie ten aanzien van alle ondernemingen zorgen voor betwistbare en eerlijke markten in de digitale sector waarop poortwachters aanwezig zijn, een en ander ten behoeve van zowel zakelijke gebruikers als eindgebruikers.
2. Deze verordening is van toepassing op kernplatformdiensten die poortwachters verlenen of aanbieden aan zakelijke gebruikers die in de Unie zijn gevestigd of aan eindgebruikers die in de Unie zijn gevestigd of zich aldaar bevinden, ongeacht de plaats van vestiging of de verblijfplaats van de poortwachters en ongeacht het recht dat anderszins op de dienstverlening van toepassing is.
3. Deze verordening is niet van toepassing op markten die verband houden met:
a) | elektronischecommunicatienetwerken als gedefinieerd in artikel 2, punt 1), van Verordening (EU) 2018/1972; |
b) | elektronischecommunicatiediensten als gedefinieerd in artikel 2, punt 4), van Verordening (EU) 2018/1972, met uitzondering van die welke verband houden met nummeronafhankelijke interpersoonlijke communicatiediensten. |
4. Deze verordening doet met betrekking tot interpersoonlijke communicatiediensten als gedefinieerd in artikel 2, punt 5), van Verordening (EU) 2018/1972, geen afbreuk aan de bevoegdheden en verantwoordelijkheden die krachtens artikel 61 van die richtlijn zijn toegekend aan de nationale regelgevende autoriteiten en andere nationale bevoegde autoriteiten.
5. Om versnippering van de interne markt te voorkomen, leggen de lidstaten de poortwachters geen verdere verplichtingen op via wettelijke of bestuursrechtelijke maatregelen om betwistbare en eerlijke markten te waarborgen. Niets in deze verordening belet de lidstaten om ondernemingen, met inbegrip van ondernemingen die kernplatformdiensten aanbieden, verplichtingen op te leggen voor aangelegenheden die buiten het toepassingsgebied van deze verordening vallen, mits die verplichtingen verenigbaar zijn met het Unierecht en niet voortvloeien uit het feit dat de betrokken ondernemingen de status hebben van poortwachter in de zin van deze verordening.
6. Deze verordening doet geen afbreuk aan de toepassing van de artikelen 101 en 102 VWEU. Evenmin doet zij afbreuk aan de toepassing van:
a) | nationale mededingingsregels die mededingingsverstorende overeenkomsten, besluiten van ondernemersverenigingen, onderling afgestemde feitelijke gedragingen en misbruik van machtsposities verbieden; |
b) | nationale mededingingsregels die andere vormen van eenzijdige gedragingen verbieden, voor zover die worden toegepast op andere ondernemingen dan poortwachters, of neerkomen op het opleggen van verdere verplichtingen aan poortwachters, en |
c) | Verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad (23) en nationale regels inzake concentratiecontrole. |
7. De nationale autoriteiten nemen geen besluiten die in strijd zijn met een door de Commissie uit hoofde van deze verordening vastgesteld besluit. De Commissie en de lidstaten voeren hun handhavingsmaatregelen uit in nauwe samenwerking en onderlinge coördinatie, op basis van de in de artikelen 37 en 38 neergelegde beginselen.
Artikel 25
Toezeggingen
1. Indien de betrokken poortwachter in de loop van de procedure uit hoofde van artikel 18 toezeggingen doet met betrekking tot de betrokken kernplatformdiensten om de naleving van de verplichtingen van de artikelen 5, 6 en 7 te waarborgen, kan de Commissie een uitvoeringshandeling vaststellen waarbij die toezeggingen bindend worden gemaakt voor die poortwachter en verklaren dat er geen verdere gronden voor optreden zijn. Die uitvoeringshandeling wordt volgens de in artikel 50, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure vastgesteld.
2. De Commissie kan, op verzoek of op eigen initiatief, bij besluit de betrokken procedure heropenen indien:
a) | er zich een materiële wijziging heeft voorgedaan in de feiten waarop het besluit berust; |
b) | de betrokken poortwachter in strijd met de door hem gedane toezeggingen handelt; |
c) | het besluit berust op onvolledige, onjuiste of misleidende informatie die door de partijen is verstrekt; |
d) | de toezeggingen niet doeltreffend zijn. |
3. Indien de Commissie van oordeel is dat de door de betrokken poortwachter ingediende toezeggingen niet kunnen garanderen dat de verplichtingen van de artikelen 5, 6 en 7 daadwerkelijk worden nageleefd, licht zij in het besluit tot afsluiting van de desbetreffende procedure toe waarom zij die toezeggingen niet bindend heeft gemaakt.
whereas